zaterdag, november 22, 2008

Zweren en het afleggen van eden

In de Gemeenten van de Mennonieten, Amish en andere doopsgezinden wordt algemeen aangenomen dat een christen geen eed kan afleggen of zweren en dit op basis van Mattheüs 5:33-37 waar staat: “Eveneens hebt GIJ gehoord dat er tot hen die in de oudheid leefden, werd gezegd: ’Gij moogt niet zweren zonder [uw eed] gestand te doen, maar gij moet uw geloften aan de Heer betalen.’ Ik zeg U echter: Zweert in het geheel niet, noch bij de hemel, want [de hemel] is Gods troon; noch bij de aarde, want ze is de voetbank van zijn voeten; noch bij Jeruzalem, want dat is de stad van de grote Koning. Ook moogt gij niet bij uw hoofd zweren, want gij kunt niet één haar wit of zwart maken. Laat UW woord Ja gewoon Ja betekenen, [en] UW Neen, Neen; want wat daar nog bij komt, is uit de goddeloze.”

Dit zijn de woorden van onze Heer Jezus Christus. Zijn halfbroer Jakobus bevestigde wat Jezus in zijn bergrede had gezegd, zoals we kunnen lezen in Jakobus 5:12: “Bovenal echter, mijn broeders, houdt op met zweren, ja, hetzij bij de hemel of bij de aarde of met enige andere eed. Maar laat UW Ja, Ja betekenen en UW Neen, Neen, opdat GIJ niet onder een oordeel valt.”

Eigenlijk zou het duidelijk moeten zijn dat Jezus en Jakobus duidelijk zeggen: “houd op met zweren”. Maar zoals vaak worden deze eenvoudige woorden geïnterpreteerd tot op het punt dat men het tegenovergestelde gaat doen van wat er in de Schrift staat.

Waarom ophouden met zweren?


In het artikel Zweren en het afleggen van eden wordt in gegaan op het feit dat een christen reeds gebonden is door zijn woord en altijd de waarheid zal spreken.


Lees verder > Zweren en het afleggen van eden

Geen opmerkingen: